Bestaan ZZP'ers volgend jaar nog? Welk risico loop ik?

Na enkele jaren relatieve rust rondom de ZZP’er komt deze in 2025 nadrukkelijk onder het vergrootglas te liggen. De Belastingdienst gaat namelijk weer controleren of er wel sprake is van zelfstandig ondernemerschap. Dit zullen ze doen met behulp van de wet DBA (dit is de wet die het zelfstandig ondernemerschap regelt), maar ook met de uitspraak van het Deliveroo arrest. In dit arrest heeft de Rechtbank duiding gegeven hoe zij de wet DBA interpreteert. Bij het onderzoek zal de Belastingdienst afvragen of er o.b.v. de feitelijke situatie sprake is van een zelfstandige opdracht of van een dienstverband. Als de Belastingdienst stelt dat er sprake is van een dienstverband en partijen handelen alsof er sprake is van een zelfstandige opdracht, dan heeft dit grote financiële consequenties. 

Het lijkt mij goed om het net op te halen zodat je als klant die ZZP’ers inhuurt of wanneer je zelf ZZP-er bent, meer bagage krijgt om zelf in te schatten welk risico je loopt.

In de wet DBA worden drie kenmerken gegeven wanneer er sprake is van een dienstverband:

  • Werk: de werkende is verplicht om het werk zelf uit te voeren en mag zich niet laten vervangen
  • Loon: de werkende krijgt een financiële beloning
  • Gezagsverhouding: de werkgever heeft de mogelijkheid om instructies en aanwijzingen te geven over hoe het werk gedaan moet worden

Op grond van deze criteria kun je ook de kenmerken van een ZZP’er benoemen. Deze bepaalt zelf hoe het werk wordt uitgevoerd, waarbij er een grote mate van zelfstandigheid is. Hierdoor is er geen sprake van een gezagsverhouding. Daarnaast mag een ZZP’er zichzelf laten vervangen door iemand met vergelijkbare kwalificaties, stuurt deze facturen met een vergoeding die hoger is dan iemand in loondienst omdat de zzp’er zichzelf moet verzekeren, pensioen wil opbouwen, materialen moet kopen en moet investeren. Daarnaast ligt het voor de hand dat een ZZP’er meerdere opdrachten uitoefent voor verschillende opdrachtgevers gelijktijdig of gezien in de tijd.

De drie kenmerken vanuit de wet DBA worden door de rechtbank in het Deliveroo arrest uitgewerkt en daarbij wordt naar een behoorlijk aantal criteria gekeken. De weging per criteria én in totaal bepaalt of er sprake is van een dienstverband of zelfstandige opdracht. Deze criteria zijn als volgt:

  • Aard en duur van de werkzaamheden
  • Wijze waarop werkzaamheden en werktijden worden bepaald
  • Inbedding van werk en werker in de organisatie en bedrijfsvoering
  • Al dan niet bestaan van verplichting het werk zelf uit te voeren
  • Wijze waarop de contractuele regeling tot stand is gekomen
  • Wijze waarop de beloning (prijs/tarief) wordt bepaald en uitgekeerd
  • Hoogte van de beloningen
  • Ondernemerscriteria

Ik zal per onderdeel een korte toelichting geven. In deze toelichting zal ik steeds een vergelijking maken tussen een zzp-verpleegkundige en een zzp-huisarts.

  • Aard en duur van de werkzaamheden

Hoe langer de opdracht en hoe eenvoudiger/generiek de werkzaamheden hoe eerder een dienstverband wordt verondersteld. De werkzaamheden van een verpleegkundige zijn meer routinematig en algemeen van aard. Voor de werkzaamheden van een huisarts is veel meer specifieke kennis nodig. Bij een verpleegkundige zal eerder dienstverband gesteld worden dan bij een huisarts.

  • Wijze waarop werkzaamheden en werktijden worden bepaald

Wanneer door de opdrachtgever gestuurd wordt hoe, waar en wanneer de opdracht uitgevoerd moet worden, is er snel sprake is van dienstverband. Een verpleegkundige moet zich houden aan het rooster, interne protocollen, kledingvoorschriften etc. Bij een huisarts is veel meer flexibiliteit. Het inloopspreekuur zal vaststaan, de agenda zal grotendeels gevuld worden door de assistent, maar de huisarts heeft hier wel een stem in. Hij/zij plant ook zelf patiëntbezoeken in. Daarnaast bepaalt hij/zij zelf de diagnose, het voorschrijven van medicatie en het doorverwijzen naar een specialist. Een verpleegkundige zal via dit criterium snel het stempel krijgen van dienstverband, terwijl dit bij de huisarts niet of veel minder snel zal plaatsvinden.

  • Inbedding van werk en werker in de organisatie en bedrijfsvoering

Hoe meer de werkzaamheden behoren tot de normale bedrijfsvoering, hoe eerder er sprake zal zijn van een dienstverband. Daarbij wordt ook gekeken of er vergelijkbare functies in loondienst zijn. Een zzp-verpleegkundige werkt vaak samen met verpleegkundigen in loondienst en de werkzaamheden behoren tot de normale bedrijfsvoering van de zorgaanbieder. Bij een huisarts is er vaak geen (of soms een enkele) huisarts in loondienst. De werkzaamheden behoren wel tot de normale bedrijfsvoering. Een verpleegkundige valt onder dit criterium bijna altijd onder dienstverband, maar ook voor de huisarts is dit een lastig criterium. Ik kan mij voorstellen dat een verpleegkundige met een specialisme dat niet in de organisatie voorkomt, hier wel voldoende kan scoren. Van belang is hier ook in hoeverre de opdrachtnemer deelneemt aan personeelsactiviteiten zoals bedrijfsuitjes en vergaderingen. 

  • Al dan niet bestaan van verplichting het werk zelf uit te voeren

Kernvraag hierbij is: mag de zelfstandige zich laten vervangen door een ander die minimaal gelijkwaardig gekwalificeerd is? Is goedkeuring door de opdrachtgever nodig, dan gaat dit kenmerk niet goed. Voor verpleegkundigen en huisartsen is vrije vervangbaarheid goed te regelen in de overeenkomst, maar het moet ook in de praktijk zo werken.

  • Wijze waarop de contractuele regeling tot stand is gekomen

Dit ziet op hoe de overeenkomst tot stand is gekomen. Is dit een resultante van een gezamenlijke onderhandeling of bepaalt opdrachtgever de inhoud van de overeenkomst? In het laatste geval is er sprake van loondienst. Deze bepaling ziet m.i. ook op de situatie dat iemand zzp’er wordt bij een opdrachtgever waarbij deze eerst in loondienst was. Deze situatie scoort niet goed. Voor verpleegkundigen is de onderhandelingspositie waarschijnlijk minder gunstig, omdat hun opdrachtgever vaak een grote omvang heeft en de werkzaamheden meer routinematig zijn. Het wordt dan al snel “met zzp’ers doen we het zo”. Een huisarts kan meestal meer onderhandelen.

  • Wijze waarop de beloning (prijs/tarief) wordt bepaald en uitgekeerd

Is er sprake van een afgesproken uur/dagtarief? Dan is er meer sprake van ondernemerschap dan in de situatie van een vaste vergoeding (ongeacht of daar een uurtje minder of meer voor gewerkt moet worden). De beloning moet dus echt afhankelijk zijn van de prestaties van de zzp’er wil er sprake zijn van ondernemerschap. Zowel verpleegkundigen als huisartsen kunnen bij dit kenmerk goed scoren.

  • Hoogte van de beloningen

Hoe hoger de beloning, hoe sneller er sprake zal zijn van ondernemerschap. Voor de opvolger van de wet DBA wordt gesproken van een minimumtarief per uur. Als deze onder € 32 per uur ligt, is er sprake van loondienst. De huisarts krijgt een hoger tarief dan de verpleegkundige en zal op grond van dit criterium eerder aangemerkt worden als zelfstandige.

  • Ondernemerscriteria

Hierbij wordt bekeken of de zzp’er zich als ondernemer gedraagt. Hiervoor moet deze grotendeels aan de volgende punten voldoen (hoe meer van toepassing hoe beter, als één onderdeel ontbreekt is er niet gelijk een probleem, maar dan moeten de andere onderdelen wel compenseren): 

Winst beogen en maken, risico lopen (waaronder debiteurenrisico en aansprakelijkheidsrisico), aansprakelijk zijn voor de schulden van de onderneming, investeren, naar buiten treden (dus voor potentiële opdrachtgevers vindbaar zijn), meerdere opdrachtgevers gelijktijdig en/of gezien in de tijd hebben. Voor zowel de verpleegkundige als de huisarts is dit goed te regelen. Wat m.i. fout kan gaan is als er jarenlang gewerkt wordt voor één opdrachtgever, er geen inspanningen vast te stellen zijn dat er naar nieuwe opdrachtgevers wordt gezocht en niet als zelfstandige naar buiten wordt getreden.

Een tip is om als ZZP’er of opdrachtgever de web module ‘beoordeling Arbeidsrelatie van de het ministerie SZW’ in te vullen voor jouw situatie. Dit kan via deze link: https://ondernemersplein.kvk.nl/webmodule-beoordeling-arbeidsrelatie/. Ik heb dat onlangs gedaan voor een huisarts omdat hij structureel een waarnemend huisarts wil gaan inhuren en zich afvroeg of dat nog wel kon. 

Sommige vragen zijn wat moeilijk of er is niet precies één goed antwoord te geven, maar je krijgt een heel goed beeld of de situatie potentieel goed of fout kan gaan óf dat de situatie niet eenduidig is (en je dus substantieel risico loopt als je toch voor een zelfstandige opdracht kiest). Als je de web module invult, zul je merken dat de kenmerken van het Deliveroo arrest in de vragen verwerkt zijn. Je merkt al snel “als ik dit invul, gaat het fout”. Echter als dit volgens de werkelijke situatie is, dan moet je de werkzaamheden via een zelfstandige opdracht niet willen (de score zal dat dan ook aangeven). In de situatie dat ik zelf de web module heb ingevuld, werd de score nadelig beïnvloed door de vragen over de duur van de opdracht of de werkzaamheden wezenlijk onderdeel van de organisatie zijn en of er (mede) gebruik gemaakt werd van de apparatuur en materialen van de opdrachtgever. 

De uitkomst was dat er ‘een indicatie is dat de klus buiten dienstbetrekking kan worden uitgevoerd’. Deze uitkomst hoort bij een score van 0 t/m 44 punten. Mijn score was 33 punten. Hoewel dat naar de categorie ‘geen oordeel mogelijk’ neigt, geeft dit toch voldoende houvast om een zelfstandige opdracht in deze situatie aan te durven gaan. Echter dit moet dan wel heel goed geregeld worden via een overeenkomst waarin zelfstandigheid overduidelijk geregeld is en dat men in de praktijk ook zo werkt.

Wat ook kan, is via de link: https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/aanpak-schijnconstructies/maatregelen-tegen-schijnconstructies  een tiental vragen beantwoorden. Zo ontstaat er een goed beeld van hoeveel kenmerken er bij een zzp’er horen en hoeveel bij een werknemer. Dit geeft een meer globaler beeld dan de hierboven genoemde web module. 

Tenslotte nog even over de gevolgen wanneer de Belastingdienst van mening is dat bij een zelfstandige opdracht toch sprake is van een dienstverband. De Belastingdienst kan dan de loonbelasting en sociale lasten over de vergoeding naheffen en daarbij een boete opleggen. Hierbij zullen ze niet verder dan vijf jaar teruggaan gerekend vanaf 1 januari 2025. Dus als de Belastingdienst in 2026 een controle uitvoert en na wil heffen dan zal dat over de periode 1 januari 2025 t/m controlemoment 2026 zijn. De Belastingdienst zal geen vergrijpboetes opleggen als een opdrachtgever kan aantonen dat zij maatregelen genomen hebben om schijnzelfstandigheid terug te dringen. Wel kan de Belastingdienst verzuimboetes opleggen. Vergrijpboetes zijn veel hoger dan de verzuimboetes. Voor opdrachtnemers (zelfstandigen) kan naheffing van inkomstenbelasting plaatsvinden doordat de ondernemersfaciliteiten (zelfstandigenaftrek, investeringsaftrek, mkb winstvijstelling) worden geschrapt. Ook kunnen zij geconfronteerd worden met doorbelasting van naheffingen vanuit de opdrachtgever als de overeenkomst van opdracht hierin voorziet.

Niet alleen de Belastingdienst, ook de ZZP’er zelf kan stellen dat er toch sprake is van een arbeidsovereenkomst op basis van de wettelijke criteria. Hij/zij kan zich dan beroepen op het arbeidsrecht en stellen dat sprake is van een vast dienstverband, recht op vakantiedagen, vakantiegeld, ziekengeld, ontslagbescherming etc. 

En als er een CAO van toepassing is op basis waarvan er een verplichte pensioenregeling geldt, dan kan een pensioenfonds met terugwerkende kracht pensioenpremies vorderen van de werkgever als blijkt dat de zzp’ers in de praktijk werknemers zijn.

Kortom: is er brand? Ja en nee. De Belastingdienst begint voorzichtig en redelijk. Daarnaast is de vraag waar ze starten. Zorg is een branche die hun focus heeft. Echter komen ze binnen bij de grote zorginstellingen of komen ze ook bij de kleine zorginstellingen? Dit is nog niet duidelijk. Echter in situaties dat er duidelijk sprake is van dienstverband, zal het pijn gaan doen. Het advies is om je goed voor te bereiden en de werkelijkheid onder ogen te zien. Kan zelfstandigheid niet, dan kan het niet. Ga in dat geval ofwel een arbeidsovereenkomst aan met de ZZP’er of beëindig de samenwerking. Kan het wel, richt het dan goed in en leg afwegingen vast. Onze arbeidsjurist kan waar nodig ondersteunen.  

Geschreven door Marista Giessen

Meer weten over dit onderwerp?

CONTACT

Stuur ons een bericht

Heb je een vraag of wil je een afspraak maken? Laat dan een bericht achter, dan nemen wij zo snel mogelijk contact op.